miljonair

Op dinsdag werd er zand en aarde voor in de tuin gebracht. Het kwam in grote zakken en met een man met een kraantje die het zand en de aarde behendig over een geparkeerde auto takelde.

‘Netjes’, zei ik.
’Ik doe dit pas drie weken’, zei hij, ‘daarvoor werkte ik met gevaarlijke stoffen.’

Een ogenblik later schommelde er bijna een bigbag aarde tegen een lantaarnpaal.

‘Ach’, zei hij kijkend naar de lantaarnpaal, ‘hier doen ze niet zo moeilijk. Mijn beste vriendje woonde hier vroeger in de straat.’
‘Ik hoop het’, zei ik, ‘maar tijden veranderen.’
‘Zeg dat wel, alles is zo duur geworden. Mijn huis is ook duur geworden. In guldens denk je dan al gauw aan een miljoen.’
Ik vroeg of hij alles nog terugrekende.
Hij knikte, ‘van mij mag de gulden terugkomen.’

Ik vroeg niet waarom. Ik probeerde snel te herinneren wat de wisselkoers van gulden naar euro ook alweer was en of die nog bestond. Ik kon alleen bedenken dat voor sommige mensen hun salaris gehalveerd werd en dat de kans om miljonair te worden toen voor velen is verkeken. Maar hoe lang kun je daar boos over blijven?

Hij stapte de truck in.
‘Er gaat iets veranderen’, zei hij nog uit het open raam.
We zwaaiden. Die avond checkte ik of de straatverlichting nog werkte. Dat deed het.

Plaats een reactie